De nachten bestaan uit twee stroken. Zoals wanneer je bij een spel een T tekent om daarin de puntentelling bij te houden. En je bovenaan niet Tim en Valerie schrijft, maar toen tegen vannacht. Toen wint.
De verwarming in de slaapkamer lekt. De gordijnen klampen zich vast aan de ramen en het straatlantaarnlicht schijnt plagerig naar binnen. Binnen is het roze. Ik betaal €670 per maand om in een baarmoeder te leven. Ooit was het daar gratis.
Met gesloten ogen probeer ik te denken aan industrieterreinen, de neus-bril, en het verhaal van de romige Gros Michel-banaan die in de jaren vijftig uitstierf door een epidemie. Intussen val ik niet in slaap en mis ik jou meer. Snel terug naar de neus-bril.

Ik lag tegen je schouders aan, die haren droegen als afgebrande bossen.

Als ik het kussen omdraai en mijn warme wangen langzaam de hitte doorgeven aan het textiel, denk ik toch weer aan toen. Ik lag tegen je schouders aan, die haren droegen als afgebrande bossen. In die buitenlucht viel ik vervolgens in slaap.
Nu luister ik met mijn voeten plat op het matras naar dezelfde geluiden. Ook toen was de bovenbuurman aan het pershoesten alsof botsauto’s tegen zijn middenrif botsen. Een buurman met glanzende, donkere dijen. Een buurman van wie ik wifi gebruik. Een buurman die regelmatig in een kort broekje langs mijn raam flaneert.
Jij en ik luisterden naar hoe hij het slijm uitspuugde. Ik maakte, volgens mij, twee keer in mijn leven een geluid dat erop leek:

1) Toen ik je de eerste keer mee naar huis nam en de wodka uitkotste in mijn bed.

2) Toen ik de telefoon opnam en ze me vertelde wat er met je was gebeurd.

Het vocht van de verwarming lekt op de vloer. Dat zie ik niet, ik weet dat gewoon. Ik draai op mijn zij. Weet dat de bovenbuurman weer hetzelfde gaat doen. Liever wil ik het minder goed horen. Niet om dezelfde reden als toen jij er nog was, maar om een andere. Een die ik niet durf te zeggen.

De bovenbuurman gaat het nu doen. Eerst pakt hij iets. Dan sluit hij
de deur en hoor ik geschuifel. Hij praat niet en is inmiddels klaar met hoesten. Terwijl hij niet doorheeft dat voor mij alles is veranderd, gaat hij het gewoon doen. Zoals toen. Toen het niet uitmaakte.
‘Ik wil het niet horen! Hoor je me?’ Ik zeg het met mijn voeten plat op het matras. ‘Je mag mijn koelkast hebben als je het nu niet doet!’ Mijn koelkast gebruik ik toch niet want ik bestel alles via thuisbezorgd.nl. Maar dat weet hij niet.
Nu kan ik niet slapen. Toen lag jij ondersteboven. We vormden samen een ordinaire cirkel. Lichaamstemperatuur zo’n 38 graden. Geen jeuk, dorst, volle blaas, spierpijn, et cetera. Ons matras was een meer waarin we dreven en genoten van de kortdurende gewichtloosheid.
Op dat moment ging de buurman seksen. Hij moet er iemand bij hebben gehad. We hoorden haar kreunen en hoe dijen tegen elkaar kletsten en zijn heupen het bed deden kraken. Ze bewogen met knallen, als maïs in de magnetron.

Als hij niet had geneukt, was jij er nog geweest.

Nu ben ik alleen. Hij doet het boven mijn hoofd. Toen deelden wij de schaamte en fronsten onze wenkbrauwen. Jij die de volgende dag zou gaan werken en moe was. Je besloot hem te negeren en kuste mijn nek. De volgende dag was je niet goed uitgerust, anders was het niet gebeurd. Als hij niet had geneukt, was jij er nog geweest.
Op mijn werk vragen ze niet naar mijn wallen en thuis word ik boos omdat ik nu zowel moet drogen als moet afwassen. Moet dekken en ruimen. Het duurt ook veel langer voordat mijn voeten warm zijn in bed. En er is niemand in wiens vet ik zomaar kan bijten.
Het kussen is weer heet. Ik draai om totdat het hoeslaken bijna knapt. Mijn ogen blijven knipperen. De trucs die ik leerde om te doen als je niet kunt slapen, werken niet. Ademen door een derde oog, focussen op de neus, alle kleren in je kast per soort sorteren.

Wat heb ik allemaal gedaan vandaag?
– De modder onder mijn laarzen uitgepeuterd
– Chocoladepinda’s gegeten
– Je facebook bekeken
– Je lenzen opgegeten
– Gewerkt in de supermarkt
– Alles opgenoemd om in slaap te kunnen vallen

Nu word ik opgewonden van de knallen van de bovenbuurman. Van zijn harde genadeloze ritme. Nu heb ik al acht weken geen seks gehad. En nu heb ik nog steeds niet het bed verschoond van toen.