Dit is column #5 van de wisselcolumns tussen Marjolein Takman en Jelko Arts. Afwisselend op Tijdschrift Ei en het Wintertuinblog schrijven en tekenen Jelko en Marjolein over het maakproces van hun chapbook. Lees hier Jelko’s laatste bijdrage en vind onder de column meer informatie.

Naast de deadline nadert er een jubileum voor mijn verhaal. Op één of andere manier is het zo gekomen dat het rond de deadline is dat ik een jaar geleden aan dit verhaal begon. De eerste paar maanden dat ik eraan werkte, wist ik niet dat het een chapbook ging worden. Dat wist ik eigenlijk pas toen het grootste gedeelte van de tekst er al was. Concreet houdt dat in dat ik al maanden aan het herschrijven ben.
Zinnen moeten anders, zinnen moeten weg. Het taalgebruik van een personage klopt niet met de leeftijd. Ik heb iets beschreven dat fysiek niet kan. Een personage heeft wel heel willekeurige moorddadige gedachten. Er zijn twee hoofdstukken 18, want ik blijk niet in staat om mijn hoofdstukken chronologisch genummerd op te sturen. Dat is best zorgwekkend, want het zijn er ongeveer twintig. Of eenentwintig, dat wisselt dus nogal eens.
Een wijs man – Jelko – schreef in zijn vorige column dat de sterkste scènes niet degene die het leukst om te tekenen zijn. . Geheel in lijn met deze gedachte heb ik mijn personage Franka laten gaan. Ze was een vermakelijk onbehouwen klankbord, maar helaas had ze verder niet echt een functie in het verhaal. Ze zat ook een hele tijd in een auto. Ik schrapte Franka uit elke scène waar ze in voorkwam, maar kwam haar toen alsnog heel vaak tegen. Uiteindelijk heb ik Franka in haar geheel verwijderd door een ctrl+f zoektocht op haar naam door het hele document te doen. Ik hoop dat ze nu echt verdwenen is, maar helemaal zeker weet ik het eigenlijk niet.
Herschrijven zou orde in de chaos moeten scheppen. Ik heb mezelf nooit gezien als chaoot, maar het schrijven van lange teksten maakt de chaoot in mij los. Daarnaast blijk ik ook de vreemde gewoonte te hebben opgevat om ‘mouw’ te schrijven als ‘mauw’, het geluid dat een kat maakt. In een ander verhaal was dit verklaarbaar door de aanwezigheid van een kat, maar in mijn chapbook komen alleen honden voor.
En dan is er nog de stapel papier die ik in een map heb gestopt om de suggestie te wekken dat ik alles wel degelijk op orde heb. Dat is niet zo. Ik gebruik sommige van die papieren om zelf aantekeningen op te maken en haal ze vervolgens door elkaar met aantekeningen van maanden geleden. Ik heb het afgelopen weekend twee keer een halfuur gefietst omdat ik een deel van de papieren ergens had laten liggen. En ik mis in één van de stapels een herzien hoofdstuk achttien. Of negentien.
Afgelopen weekend zat ik met mijn laptop op de bank, te midden van een stapel A4-tjes, maar het voelde niet erg feestelijk, ondanks het feit dat één van mijn begeleiders krullen op het papier zet als hij een zin mooi vindt. Mijn personages werden ongeveer één jaar oud. Ergens hoop ik dat ik Franka één dag voor de deadline nog tegenkom.