Dit is column #14 van de wisselcolumns tussen Marjolein Takman en Jelko Arts. Afwisselend op Tijdschrift Ei en het Wintertuinblog schrijven en tekenen Jelko en Marjolein over het maakproces van hun chapbook. Inmiddels zijn de chapbooks gepresenteerd en was het weer tijd voor een wissel: Marjolein is weer terug op Ei! Lees hier #13 van Jelko en vind onder de column meer informatie.

Samenwerking Tijdschrift Ei en De Nieuwe Oost – door Iris Frankhuizen

Beste Jelko,

Ik moest je vorige column een paar keer lezen voor ik me realiseerde dat je mij vergelijkt met de kleine bebaarde zwijger die op dagen dat jij niet werkte de armleuningen van je bureaustoel verstelde. Op mijn werk hebben we ook flexplekken, ik deel mijn plek voornamelijk met een kleinere vrouw met rugklachten wier stoel niet versteld mag worden. Het is de bedoeling dat ze niet doorheeft dat ik op haar plek gezeten heb.

Toen ze vroegen of ik een chapbook wilde uitbrengen, was jij volgens mij al bezig met de stripnovelle. Je was een deel van het geheel. Ik kende jou vooral als die jongen die jaren geleden tijdens een Literaturjugend op sokken liep. Veel meer wist ik ook niet van je. Ondanks dat die gewoonte ook al geen gemene deler is – als het niet belachelijk decadent was zou ik een extra paar schoenen kopen om alleen binnen te dragen zodat ik altijd schoenen aan kan – leek het me wel een prettig idee om wat presentaties te doen met iemand die graag op sokken loopt.

Ik vermoed dat mijn chagrijnige gedrag tijdens alle besprekingen over de presentaties niet heeft geholpen bij het vinden van gemene delers. Ik schrok soms bijna van je enthousiasme. Ik dacht vaak: hoe kan het dat hij niet doodsbenauwd is of verbergt hij het bijzonder goed? Bovendien had ik een keer van tevoren bijna een bejaarde in een scootmobiel aangereden voor het oog van de politie.

Om ook een beetje antwoord te geven op je vragen: ik ben nooit midden in de nacht opgestaan om komma’s te controleren. Ik heb het niet zo vaak over het boek, ik moet er nog een band mee krijgen denk ik. Ik ben heel blij met het omslag. Er is wel veel spanning van mijn schouders gevallen – ook daarom was ik steeds zo chagrijnig. Iemand stuurde me een foto van de presentatie waarop jij, ik, en Marjolein Visser een soort mislukte boks doen. Kijken naar die foto maakt me blijer dan kijken naar mijn boek.

Ik had het gevoel dat je het maar ongemakkelijk vond toen ik zei dat ik je boek gelezen had. Maar misschien is dat projectie. Ik ben benieuwd hoe je er ondertussen op terugkijkt, na de aanvankelijke opwinding en daarna het neerdalende stof waar je alleen glazig doorheen kon kijken. Vind jij het ook lastig om op vakantie te gaan omdat je bang bent dat je wat mist? Ben je rusteloos of juist rustiger geworden sinds de publicatie?

Ik hoop dat je er niks achter zoekt dat ik over mijn collega met rugklachten begon wier stoel ik zo nu en dan bezet. Want ik bedoelde er oprecht niks mee. Dit is mijn trouwens mijn laatste column. Het was een plezier om niet te hoeven nadenken over een thema omdat jouw column al over iets interessants ging, waarop ik kon voortborduren.

Tot een volgende al dan niet-literaire bijeenkomst,
Marjolein